Woorden van anderen

In een podcast van Rob Bell en Josh Radnor (193) hoorde ik een quote van David Foster Wallace die ik moet onthouden.

Look man, we’d probably most of us agree that these are dark times, and stupid ones, but do we need fiction that does nothing but dramatize how dark and stupid everything is? In dark times, the definition of good art would seem to be art that locates and applies CPR to those elements of what’s human and magical that still live and glow despite the times’ darkness. Really good fiction could have as dark a worldview as it wished, but it’d find a way both to depict this world and to illuminate the possibilities for being alive and human in it.

Ik heb dit jaar twee boeken gelezen die mij in een onduidelijke stemming achterlieten. Lunar Park van Bret Easton Ellis en Jij zegt het van Connie Palmen. Bij bovenstaande quote dacht ik aan Lunar Park.

Het kost evenveel energie om een hatelijkĀ  verhaal te vertellen, als een – stiekempjes misschien – optimistisch verhaal. Of tenminste een liefdevol verhaal. Of een verschrikkelijk verhaal waarin liefde voor mensen en al het andere op deze aarde, zit.

Ok, dit is mijn aanname. Maar de idee is je duidelijk. Je weet nu waar ik sta. Dus: ga heen en vertel liefdevolle verhalen. Als jij nog een boekentip hebt: laat het me weten. Door Connie’s boek zie ik nu op tegen het moment dat ik Sylvia Plath ga lezen. Ik hoef natuurlijk helemaal niks, maar zoals je in dit stukje wel kunt merken: ik lees ook om er gewoon bij te horen. En mensen te snappen. Mijn lezende medemens, naast de levende medemens.

Om de quote, die ik van de podcast overgetypt heb, te controleren heb ik hem in Google geplakt. Daarmee kwam ik op Goodreads uit. Alwaar ik lees dat deze quote een reactie is op het werk van Bret Easton Ellis… wonderlijk.

Noot: van David Foster Wallace heb ik nog niets gelezen. (disclaimer eigenlijk – of een groot Pin Me Er Niet Op Vast. Of om de Geweldige Grace Helbig maar te quoten “I DON’T KNOW.”)

Noot. Een pinda is geen noot maar een peulvrucht.